woensdag 5 januari 2011

Een simpele vraag - 15.

Je zou denken dat hij dan na afloop wel even informeert hoe het met zijn slavin gaat. Maar nee, nada, noppes. De tijd verstrijkt en ik hoor niets van hem. Ik zie hem regelmatig online en ingelogd op de site waar wij beiden komen. Hij weet dat ik hem volg maar verandert niets aan zijn gedrag.

Hij is een zorgvuldig man, op de hoogte van inlichtingen en veiligheid, van discretie en privacy en toch laat hij sporen na. Kruimels informatie die ik natrek en opschrok omdat ik een hongerig slavin ben. Tekens die ik interpreteer: hij bezoekt de site dus gaat het goed met hem. Fijn voor hem. Ik hoop dat het hem geluk brengt. En liefde.

De tijd verstrijkt. Gelukkig heb ik het druk en hij ook. Althans, dat is wat hij beweert. Druk, drukker, drukst in alle grote modesteden, met verjaardagen en projecten her en der. Ik weet niet wat ik erover moet denken. Ik denk maar niet en zo worden mijn dagen in duisternis van de weeromstuit lichter.

Of ik het wil of niet, de pijn begint haar scherpste kantjes te verliezen. Er treedt een zekere onverschilligheid in. Had ik het echt gewild dan had ik mijn deadline wel kunnen verschuiven om hem te zien die ene dag toen hij in Nederland was en tijd voor mij had. Maar nee. Hij vindt wel ander vertier. Hij zal echt niets tekort komen.

Ik kies voor mijn werk. Niet voor hem. Niet voor mij. Stil teken van protest maar hij is een man en pikt het niet op of het kan hem niet schelen. Het nieuwe speeltje heeft haar glans immers nog niet verloren. Regelmatig belt zij mij en doet verslag van hun samenzijn. Alsof het mij iets interesseert wat hij met haar doet. Toch luister ik.

Ik luister en vergelijk. Ik hoor hoe hij haar bejegent en hoe het haar raakt in het diepst van haar wezen. Ik ben niet langer bang voor haar. Zij zal mij nooit kunnen vervangen. Ik ken hem zo goed… Hij wil meer, zoveel meer dan waar zij naar verlangt. Ze heeft geen weet van de diepte en hoogte en zwarte of zwaarte van zijn sadisme.

Zij zal hem nooit volledig kunnen bevredigen. Snel genoeg zal de nieuwigheid eraf zijn. Ze heeft er geen idee van en dat is maar goed ook. Ik ben terug waar ik ooit begon: ik wil haar beschermen tegen de pijn, het verdriet dat hij heel bewust veroorzaakt in een slavin. De sporen die het trekt. De eeuwige strijd tussen verstand en verlangen.

‘Ik ben geen slavin.’