Lang niet al het koken is helend alhoewel het rustgevende bewegingen zijn: roeren, snijden, ruiken. Een bijna meditatief heen en weer lopen van koelkast naar pan, van pan naar kruiden, van kruiden naar landgoed om nog wat vers spul te halen, van landgoed naar pan om te roeren en te ruiken.
Bolognesesaus is comfort cooking maar vandaag met een stuk kool dat nodig op moest, een verdwaalde prei, wat tomaten en een gerimpelde paprika koos ik ervoor om bouillon te trekken. Ook omdat het meer dan gehaktsaus werkt op de zintuigen, op de ziel.
Een pan geurende bouillon hoort, wat mij betreft, bij de herfst als ik volle pannen maak en in gedeeltes invries voor de Kerst, ervoor en erna. Vandaag, het is niet zomer zoals een paar dagen geleden noch herfst, heb ik heimwee naar het ritueel van water dat tot aansterkende, opwekkende soep verwordt.
Niets zo handig om de groentelade leeg te maken ook. Daardoor is elke bouillon anders maar, en dat is het mooie, op de een of andere manier toch herkenbaar als "mijn" soep. Geen idee waar dat aan ligt - ja, aan de ingrediënten natuurlijk en dit is ik vandaag gebruikte - hoeveelheden naar gelang voorraad of smaak:
Schenkel met been
Spitskool
Prei
Hollandse roerbakgroente - uit zo'n zak van AH
Ui waarin 3 kruidnagels zijn gestoken
Knoflook
Spaanse peper
Paprika
Tomaten
Bouillonblokken
Zwarte peperkorrels
Foelie
Laurierblaadjes
Tijm
Oregano
Vul de grootste pan in je kast met koud water maar zorg ervoor dat hij niet overloopt als je alle ingrediënten in de pan doet - bijvullen met water kan altijd nog. Voeg de bovenstaande en/of andere groentes, vlees en kruiden toe. Je hoeft niet moeilijk te doen met snijden, grof of zelfs heel - zoals de ui - is goed.
knoflook |
In plaats van zo'n zak roerbakgroente, gebruik ik ook wel, vaker zelfs, losse wortelen, een paar selderijstengels, een stuk bloemkool en een handvol sperzieboontjes.
De meeste groenten kunnen wel gebruikt worden - rode kool misschien niet maar verder...? Mijn oma deed altijd een stuk knolselderij in de bouillon. Ook heerlijk!
Als de groenten op zijn en de pan gevuld breng je haar langzaam aan de kook. Even doorkoken en dan de pan op het laagste pitje met een plaatje langzaam laten trekken - urenlang.
Na ettelijke uren koel je de pan vlug af in een bak met koud water liefst met ijsblokjes erin. Mocht je die niet hebben, vervang dan het al snel lauwe water een paar keer. Zet de pan pas als de inhoud koud is, bij twijfel deksel niet sluiten!, in de koelkast.
De volgende dag schep je de laag vet van de bovenkant. Meestal zet ik de pan nog een keer op het vuur en eet er gelijk dezelfde avond al een bord van. Aan het eind van de tweede dag - maar dit mag ook aan het begin hoor :-) - als de soep naar je smaak is, giet je de inhoud van de pan door een vergiet.
Ik hou een klein pannetje voor mezelf, voor vandaag en morgen en wat overblijft verdeel ik via een fijnere zeef in diepvriesbakjes. Klaar!
De groente gooi ik weg maar de schenkel en/of het vlees hou ik terug want daarmee maak ik "de tweede trek". Lach niet :-). Het vlees is meestal nog niet gaar en het geeft meer dan voldoende smaak af voor een tweede, kleinere pan bouillon. Zelfde procedure, waarschijnlijk iets andere mix van groente. Het soepvlees in kleine stukjes toevoegen aan de bouillon.
Lijkt veel werk maar is het niet - zeker als je een zak kant en klaar roerbakgroente toevoegt (wel grof gesneden groente nemen) maar het proces van uitzoeken, schoonmaken, snijden, roeren is eigenlijk te mooi om over te slaan.
En nu zweeft er een heerlijke lucht door mijn huis die doordringt in alle poriën van de ziel en waaraan ik me laaf. Liefde, dat is het. Liefde voor de zelf, voor de mensen met wie je de soep gaat delen - met Pasen bijvoorbeeld - daarom noem ik het proces vanaf vandaag: comfort cooking.
Kate
5 april 2011