Vrijdagavond: de week is bijna voorbij. Het was een rare week. Mijn stemming was als het weer. Meestens grijs maar met een enkele uitschieter toen het vroor maar zo helder en zonnig was.
Mijn spieren gespannen. Ik niet slapen omdat ik extra gevoelig bleek voor de geluiden van en rondom het huis. Als je luistert, hoor je meer. Oordopjes. Niet slapen niet langer door het geluid maar door het gevoel, de druk in mijn oren.
Vorige week - of was het de week ervoor - was ik bang voor mijn gehoor. Water dat er niet uit ging, dat ging zeuren en vervelen. Pijnlijk trommelvlies. Warm water erin hielp. Wat vergeet je dan snel dat je last had.
Tot de ochtend na die nacht. Zou ik kunnen leven zonder gehoor? Vast wel. Zonder stem? Mijn vader van 89 had last van een wegvallende stem. Ik was bang dat hij zijn stem zou verliezen. Ik ben snel bang. Te snel? Te snel!
Nou ja, ik ben ongeduldig zal ik maar zeggen en het was zo'n week, het zijn er inmiddels meerdere, dat niets ging zoals ik het wil: efficiƫnt en in een keer goed. De verwarmingsmonteuren kwamen en gingen en kwamen opnieuw.
'Een vaag probleem', zei het meisje aan de telefoon. Ja, daar bel je de dokter voor of een verwarmingsmonteur. 'Dit hier heeft me al zoveel gekost', klaagde de eigenaar van het bedrijf waar ik een onderhoudscontract heb. Tja...
Ook hem lukte het niet. 'Morgen kan ik zelf niet komen', vandaag was overmorgen. Ik heb niets meer van hem vernomen. Het was een rare week en niemand heeft haast behalve ik.
Ik wilde mijn landgoed op orde brengen maar vorst gooide roet in het eten. Wachten zul je: op hogere temperaturen, op de verwarmingsmeneer, op een contract dat wel en toen weer niet en toen weer wel getekend zou worden.
In het verzorgingshuis wachtte mijn vader op mij. Met zijn stem was het weer helemaal in orde. Gelukkig! 'Ik ben blij dat je komt', zei hij gisteren en daarmee was niet gaan wegens slaapgebrek of contractstress geen optie.
We aten elk twee kroketjes die lief maar tergend langzaam geserveerd werden en keken naar de mensen buiten die allemaal haast leken te hebben en onderwijl aten, dronken of lulden in hun telefoon.
Ik blijf erbij: bijna niemand is zo belangrijk dat het gebruik van een mobiele telefoon gerechtvaardigd is. Mijn mobiel uit het jaar nul lag op tafel maar het verlossende telefoontje kwam niet.
Het was een rare week, ik was gespannen en er was een dag - zo'n grijze miezerige rotdag - dat ik me nogal nutteloos en overbodig voelde en zielig ook wel :-). Ach ja... Ook dat gevoel ging weer over.
En vandaag zo naast mijn vader die zo blij is dat ik er ben en dat ook zegt, een milde dag in alle opzichten, mompelde iemand iets over de consternatie van eerder deze week maar ging daar niet op door toen ik vroeg wat er dan was voorgevallen.
Later trok ze me opzij - om mijn vader te beschermen, zo lief! - en vertelde mij hoe de kleindochter van een hele oude mevrouw zich op het metrostation... 'Ze hoorde stemmen.'
Dan valt alles in het niet: alle probleempjes, pijntjes, het grijze en het wachten.
Dan kun je alleen maar blij zijn dat je zo genoeglijk met je oude vader kunt lunchen, dat je je moeder kunt verwennen met een sucadelapje in donker bier en verse rode kool met appeltjes. 'Had ik elke dag maar zo'n kok', zegt zij.
Mijn broer kwam en onderzocht heel serieus mijn geluidsprobleem. Nee, ik heb geen reden tot mopperen. Volgende week komt er vast iemand langs met weer een nieuwe thermostaat en het contract ligt getekend en wel in mijn brievenbus - net op tijd.
Maandag is volgens de maankalender een goede zaaidag voor vruchtgewassen. Ik verheug me op het zaaien van paprika, Spaanse Peper, aubergine en okra alsmede extra tuinbonen en erwtjes.
Het was een rare week. Volgende week zal het anders zijn. Het is al anders. Ze was jong, jonger dan ik en liep altijd op witte high heels achter de rolstoel van haar oma die geen Nederlands spreekt - bijna elke dag wel.
Zucht.
Kate
25 februari 2011