woensdag 30 maart 2016

Schrijven en gelukkig zijn



'Jij bent de schrijfster, althans zo noemen wij jou’, zei mijn achterbuurman toen ik hier net woonde.

Wanneer ben je een schrijfster? Als je gepubliceerd hebt en hoeveel boeken moeten dat zijn? Als je schrijft, elke dag een bladzijde of hoofdstuk of minder? Als je het probeert, keer op keer op keer en wanneer het dan lukt – soms?

Nooit was ik gelukkiger dan wanneer ik mij verloor in de stroom die het toetsenbord verbond met mijn hart en die mij woorden liet schrijven die anderen raakten – en mijzelf. Dan voelde ik mij een schrijfster.


Toen de buurman, zijn vrouw en ik laatst koffiedronken - dat doet men hier in het dorp: met elkaar koffiedrinken - vertelde ik dat ik momenteel eigenlijk niet schrijf. 'Ik ben te gelukkig om te schrijven'. Is dat waar?


Is het waar dat je als kunstenaar moet lijden om te kunnen creƫren? Moet het schrijnen, schuren, knarsen om de pijn, het gevoel van de Kate in het verhaal, de verhalen te kunnen neerpennen?

Ooit merkte een lezer op dat mijn verhalen zo treurig waren, triest. Ja. Hmmm. Ik protesteerde, natuurlijk. Mopperde dat het wel meeviel en dat ik niet zou weten hoe een vrolijk verhaal over slavernij te schrijven.


En dat is eigenlijk precies het probleem met dat schrijven van mij en eindes want wat komt er na zo'n einde? 'Zij leefden nog lang en gelukkig', lijkt niet echt te passen bij het spinsel dat ontstaan is uit de krochten van mijn ziel. 

Lichtheid kan ik wel invoeren maar zonder de zwaarte, het beklemmende, het scherpst van de snede is er geen emotie, ergo geen verhaal. Simpel.

Anderzijds zou ik het natuurlijk gewoon moeten proberen. Ga het maar weer doen en kijk waar de toetsen je heenvoeren. Wie weet wat er gebeurt als je schrijft vanuit het gevoel 'te gelukkig' te zijn.

Trouwens, 'te gelukkig' vind ik een gevaarlijke frase. Het proeft een beetje als Icarus die te dichtbij de zon vloog en neerstortte en zo voelt mijn geluk absoluut niet.

Het is niet meer geluk dan ik kan behappen of omvatten. Het blaast me niet weg van de grond waarin ik, denk ik, ferm geaard ben. Het is gewoon goed. Precies goed.

Er zijn geen dissonanten en het geluk zal, in de ogen van de buitenwacht, nogal klein zijn: een bloem die ik nog niet eerder zaaide. De grote bonte specht die ik nooit eerder gezien of gehoord had. Een heerlijke aankoop bij de dorpsslager.

Laatst, te voet onderweg naar het station, kreeg ik een groet en nog een met een praatje erbij. Ik ben ingeburgerd, dacht ik later in de trein. Ja, ik ben geland. Heb mijn plek gevonden.


Ooit schreef ik dat ik altijd slavin zou wezen en dat geldt ook het schrijverschap. Ik zal altijd schrijfster zijn. Ik zal blijven schrijven. Wellicht zelfs meer dan ik vroeger deed maar nog niet :-).

Eerst moet de tuin gevuld met groentes en bloemen - en dan zal ongetwijfeld de oogst verwerkt moeten worden en diepgevroren danwel ingemaakt. Ondertussen moet het huis verbouwd en het ouderlijk huis opgeruimd.

Het is goed. Precies goed. En als het licht goed is, ik heb het al gedaan, dan neem ik de laptop mee naar buiten en dan zal ik schrijven op het parkbankje voor het kleine schuurtje of in de kas. Ik ben en blijf tenslotte een schrijfster.

Kate
30 maart 2016



De foto vond ik op browndresswithwhitedots.tumblr.com. De bron is waarschijnlijk hier te vinden.

donderdag 24 maart 2016

JC overleden


Weer een stuk van mijn jeugd weg...

Hij was de beste, grootse, fantastische 
voetballer, Amsterdammer.

Aan de vooravond van Pasen overleed JC.

 Rust zacht.

Kate
24 maart 2016

De foto vond ik hier. Een bronvermelding zag ik niet.