donderdag 31 juli 2014

Men moet de dag niet prijzen...


voor het avond is. De eerste chemo kuurdag ging als een tierelier en ik voel mij een gezegend mens maar ik weet ook dat dit slechts het begin is. Een goed begin, dat wel - en dat is het halve werk.

De afspraak was om 13:00 uur. Hoewel ik zeker gespannen en zelfs paniekerig was de afgelopen tijd, was ik gisteravond, -nacht en vanochtend helemaal niet zenuwachtig. Bijzonder vind ik dat. Ik liep naar het C.S. met een tas vol fourage en tijdverdrijf en het was of ik onderweg was voor de zoveelste bestraling.

De afdeling dagbehandeling was in rep en roer want door gevolgen van overstroming op de 'normale' afdeling wordt er voorlopig op een andere etage in de toren van het VU gewerkt. Rommelig - daar hou ik wel van. Druk ook voor de medewerkers. Lieve vrouwen opnieuw. Ik ben onder de indruk.

Ik kreeg een bed toegewezen, pakte mijn bagage uit: tab, telefoon, zuurtjes, flesje water, broodjes kaas, banaan, schoenen uit, sloffen aan, kussentje in mijn rug. Al bijna meteen ontstond er een geanimeerd gesprek met de man in het bed tegenover mij die hier elke week 'mocht' komen. 

Respect voor deze man en zijn vrouw die het jaar was begonnen met de bommelding aan acute leukemie te lijden hoewel met gunstige vooruitzichten anders zou men niet miljoenen aan hem zestigjarige besteden. Ik zuchtte nog maar eens diep want wat is zestig?

Het infuus werd aangesloten en als eerste werd nog maar een misselijkheidsonderdrukker toegediend. Vanaf gisteravond slik ik ook al tabletten daartoe. Drie zakken volgden: de TAC kuur zelf - een oranje vloeistof en twee waterkleurige.

Ik kreeg uitgebreid uitgelegd wat de bijwerkingen van elk van de middelen zijn en het was een informatief en ook, mag ik wel zeggen, gezellig gesprek. De verpleegkundige nam, ondanks de drukte, alle tijd voor mij. Meermaals kwam ze aan het bed om verder te vertellen, vragen te beantwoorden en te praten.

De kuur ging, zo zei ik al, als een speer. Bij een van de zakken zou ik tintelingen in mijn neus kunnen voelen. Ik voelde vaag iets. De laatste zak ging het eerste kwartier op halve snelheid want er kon een reactie komen. De vijftien minuten waren om voor ik er erg in had. Het ging goed zoals de hele middag goed ging.

Waar ik er eergisteren nog op voorbereid was zeker tot vijf uur bezig te zijn, was ik vandaag 'gewoon' om vier uur klaar. Ik was per bus gekomen, broer was op de barbecue van de afdeling van mijn moeder in het verpleeghuis - die overigens dus pas volgende week is :-). Hij zou om drie uur naar me toekomen maar dat liep uit.

Moeders was verdrietig over het wegblijven van haar ouders. Boos. Huilen. Broer nam haar mee naar het restaurant waar ze haar en zijn helft van het gebakje opat plus een fruitsalade. Hij bracht haar lachend en blij weer naar boven. Hij was en is en blijft haar 'jongetje' maar wie hij was? Zijn naam kende ze, de mijne ook maar dat hij haar zoon is? Welnee! Hij is een neefje. Ach ja...

Voor ik kon voorstellen met de bus naar huis te komen - de verpleegkundige beaamde, desgevraagd, dat dat geen probleem zou opleveren - sms-de broer dat hij onderweg was. Toen ik klaar was, was hij er ook. We keken elkaar aan en reden door naar Zandvoort. De dag moest gevierd - ik kreeg Ugs :-) en we aten zalm.

Gisteravond hadden we een 'laatste avondmaal' zoals ik het stelde, bij 'onze' Indonees in Haarlem waar wij vaker goed en slecht nieuws vieren. De dame van de bediening herkende ons als altijd 'ondanks je nieuwe kapsel'. Ik zei dat ik het maar vast had kortgeknipt en wees op mijn borst.

Meer woorden waren niet nodig. Zij wist waar het over ging en in haar houding en ook bij het weggaan wenste zij mij sterkte. Ik heb beloofd terug te komen als er goed nieuws te vieren is. Eigenlijk was dat al vandaag maar twee rijsttafels op rij was een beetje veel :-).

Morgen zal het beter gaan, placht mijn moeder wel te zeggen maar ik verander het nu maar even in: morgen zal het niet beter gaan dan nu. Dan krijg ik nl. een injectie die de aanmaak van witte bloedlichaampjes stimuleert. Dat kan tot bot- en spierpijn, grieperigheid, een gevoel van algehele malaise leiden. Brrrr.

Het is echter zoals bij alles in dit traject: iedereen is anders, reageert anders, kan symptomen ontwikkelen of niet, in meerdere of mindere mate. Het is niet te voorspellen wat je zal nekken of dat je probleemloos door de kuren heen rolt. Wel is het zo, zegt men, dat de eerste kuur indicatief is voor de rest. Let's hope so.

Ik prijs de dag nog niet hoewel de avond van de eerste kuurdag gevallen is maar ik voel mij een gezegend mens. Ik hoop en bid dat ik dat morgen en overmorgen en de dag erna, de komende week en de weken erop volgend ook mag zeggen.

Kate
31 juli 2014


De foto van de ondergaande zon boven de Basiliek van de Heilige Nicolaas (wij noemen hem gewoon de Nicolaaskerk) tegenover het C.S. in Amsterdam, is gemaakt door Vera Kratochvil  

dinsdag 29 juli 2014

Kutdag


Ja, en toen brak de dam... :-). 

Na maanden van - van wat? Na een periode waarin ik het allemaal aankon, mensen me maar wat sterk vonden (en vinden), ik mijn ziekte onder ogen zag en pragmatisch dacht en deed met af en toe een traantje in de beslotenheid van mijn huis, brak vandaag de dam.

Alsof de overvloedige regenval van gisteren in het hele land, vandaag ook bij mij voor overstroming zorgde. Huilen, tranen, amper meer te stoppen en getriggerd door broer die lief genoeg opnieuw probeerde te overtuigen van het feit dat het allemaal wel mee zou vallen met de chemo.

Daarenboven vond hij dat een maatschappelijk werkster inschakelen beslist een goed idee was omdat hij niet de enige in mijn leven wenste te zijn. Daar ging ik dan de zeephelling af. Houvast weg. Alles weg. Hoppa het diepe in. Heibel in het doktershok, tranen, drie keer in de rondte - hopsasa.

'We gaan het toch maar doen', concludeerde de vervangster-oncologe en ik beaamde. Bam. Baf. Of ik morgen kon? Tuurlijk. Hoe eerder hoe beter. De planning stond het niet toe. Overmorgen begin ik met de eerste kuur zoals het zo verhullend heet. Fuck that.

Maar ik ga het wel doen natuurlijk. En ik ga het ook nog redden ook, met of zonder houvast, met of (liever) zonder maatschappelijk werk, met of zonder vangnet. Gewoon doen. Ogen dicht, alleen op mezelf en de wisselende oncologen vertrouwend. Meer keuze heb ik niet.

We vierden het niet. We gingen nog langs de super, broer bracht de tas omhoog en ik at alleen. Niet erg. Ik ben voorbereid. De provisiekast gevuld alsof de oorlog aanstaande is. De pruik is in huis. Petje, mutsjes, alpino en hoed liggen klaar. De medicijndozen van mijn moeder liggen hier, gevuld voor gebruik.

Ik hoef alleen nog maar even een paar telefoontjes te plegen: buurtzorg, taxivervoer, huisarts misschien, fysio. Ik hoef alleen nog een account bij de moderne SRV man te maken. Ik hoef alleen nog te zorgen dat ik ook mijn derde, laatste voordeur van bovenaf kan openen. Dan ben ik klaar voor de start.

Het was een kutdag in meerdere opzichten, ik kan er niets anders van maken.

Kate
29 juli 2014

De foto vond ik op Canstockphoto.nl, foto identificatie: csp17181067, geüpload door sveta3.

maandag 28 juli 2014

Rust in het interbellum


'Ben je weer beter?', vraagt iemand die klaarblijkelijk de klok heeft horen luiden. Ik moest een beetje lachen en antwoordde dat dat nog wel even zal duren. 

Geen antwoord was het antwoord en dat is ook een antwoord en prima maar waarom vraag je het dan? Zo expliciet? Terwijl ik er tegen jou, op die site niets over gezegd heb? Uhm? 

De wereld is klein, het wereldje van de BDSM kleiner maar als je verder kijkt dan je neus lang is, even wacht voor je aanneemt, dan is het antwoord snel gevonden en hoef je de vraag naar het antwoord waar je blijkbaar niets mee wilt of kunt, niet te stellen.

Een andere vrouw moppert dat ze momenteel nogal woest is in de omgang ten gevolge van de overgang. Ik zit daar ook in. Ben ik te woest als ik zo reageer op een goedwillende en waarschijnlijk oprechte vraag van een bekende op de BDSM site?

Ooit, groen in de baan die het ook niet was, werd mijn verteld niet te vragen omdat ik kans liep antwoorden te krijgen waar ik niets mee kon, niet op zat te wachten, niet zou verwachten. Ik hou niet van een zwijgcultuur. Ik ben er niet gebleven op die post :-).

Onrustig ben ik altijd geweest. Je zou kunnen zeggen dat ik nu rustiger ben dan ooit tevoren. Geconfronteerd met het onvermijdelijke - de dood, nu of later - zak ik wonderlijk genoeg terug in het comfort van meegaandheid. Een zekere onverschilligheid zelfs: het zal wel.

Go with the flow. Ik voel geen verzet, geen spijt of verdriet, geen angst ook. Ik aanvaard als een gegeven dat de situatie is zoals die is. Ik verlang niet naar anders of beter of later. Ik hang niet aan vroeger. Ik doe wat ik altijd al deed en ben tevreden. 

Dit is het interbellum zeg maar tussen het einde van de radiotherapie en het begin van de chemotherapie. De borst, die nu zo bruin is als menig domme zonnebader hem zou willen, is rustig. Herstelt. Ik ondervind geen of nog geen klachten.

Broer is terug en heeft gezegd er te zullen zijn zelfs als het lang gaat duren. Ik hoop het en als het verandert dan heb ik in elk geval de eerste kuur achter de rug en weet ik een beetje beter waar ik mee te maken heb of krijg maar hij zal wel blijven - tuurlijk blijft hij :-).

Hij bracht een cadeautje mee: een juwelenset, ketting, armband en oorbellen (die ik niet draag) gemaakt van zwart/grijze en witte helende stenen. Ik ben een moeilijk mens, ook als het om cadeautjes gaat maar dit was helemaal goed.

Nog tijdens de bestralingsperiode kocht ik - wat het begin is van een compleet nieuwe look. Eindelijk, eindelijk weer een garderobe waar ik mij vrouwelijk in voel en die comfortabel zit en goed is voor alle gelegenheden. De nieuwe 'kralen' passen er perfect bij.

Ik schafte basisstukken in zwart aan die langs mijn lichaam vloeien en mijn figuur tonen. Hoera! Een jurk, een broek, wat shirts, een alpino pet :-). Frans. 'Jij moet nooit iets anders dragen dan Frans', zei de man van de winkel waar ik tijdens mijn bureauperiode mijn portemonnee leegde.

Hij leverde Franse mantelpakjes die ik ieder een eigen naam gaf: mijn eerste pak, het blokkenpak, mijn Chanel pakje, het witte en het zwarte pak - ze waren onderling te combineren en ik droeg ze met high heels en voelde me een vrouw. Ik werd gezien en kon de wereld aan.

Dat gevoel is waar ik naar terug wil, moet. Gek hoe kleding bijna als een uniform, een pantser daaraan bijdraagt. Onderweg van VU naar huis uit de tram gestapt, liep ik over het Rokin. Een winkel, agnès b - altijd voorbij gelopen. Nu niet. Ze hadden mijn maat, mijn smaak. Ik ben zo verschrikkelijk blij.

Ik voel me goed. Ik voel me eigenlijk geweldig :-). Broer en ik doen een paar dagjes uit en de foto's spreken voor zich. Het enige minpuntje is het gewicht dat echt wel wat minder mag. Lol. Het is niet verstandig om nu flink af te gaan vallen maar hierna.

Ja, er is een hierna. Wanneer ik de mailschrijfster kan antwoorden dat ik weer beter ben, dan gaan er tien kilo af - ervan uitgaand dat ik niet (nog) zwaarder zal worden. Dat zou zomaar kunnen maar dat is van later zorg.

Eerst nog een even genieten van de rust die ik ervaar in het interbellum. 

Kate
27-28 juli 2014

- Over de term interbellum zegt Van Dale: 1. periode tussen twee oorlogen, m.n. periode tussen de Eerste en de Tweede Wereldoorlog

- De foto: Low section of woman in red dress at lake vond ik op Corbis - id stockfoto: 42-59092947; fotograaf: Kimberly White; copyright: © Kimberly White/Corbis; collectie: Ivy



zondag 13 juli 2014

Les uit lusteloosheid geboren



Zondag 13 juli, zeker geen ongeluksdag maar wel een van lusteloosheid. Een stralende dag, dat betekent warm, plakkerig hier boven - dat zou een excuus of reden kunnen zijn - want op een snelle boodschap om de hoek na, deed ik niets.

Nou ja... ik deed niet veel minder of meer dan op vele andere dagen maar het voelde, in tegendeel tot vele andere keren, fout. Ik zou naar buiten moeten gaan, wandelen, een bankje opzoeken in de schaduw, een winkel in desnoods.

Maar ik zat hierboven achter mijn pc in mijn spel - kaw, kingdoms at war. Niet alleen dus want er zijn altijd mensen in de clan en dat zijn zeker ook vrienden al heb je er niets aan als je straks midden in de nacht naar de apotheek moet.

Kijk, en daar heb je het al. Lusteloosheid wellicht - dat is het gevaar - als voorbode van een depressie - zou kunnen, denk het niet. Zeker is wel dat paniek niet ver weg is. Paniek over het alleen zijn tijdens een ernstig ziekbeeld.

Damn! Ik was altijd heel wel in staat voor mezelf te zorgen. Dat was mijn trots. Dat was mijn zekerheid. Het was de basis van waaruit ik mijn leven geleefd heb. Onafhankelijk. Tegen de stroom in.

Het zorgde ervoor dat ik banen aannam en opzei, rustpauzes inlaste om uit te vogelen hoe of waar verder, studies begon om iets voor mezelf te doen ongeacht de situatie op de arbeidsmarkt. Ik emigreerde, zette een bedrijf op. Keerde terug, zette een bedrijf op.

Dat alles kon ik doen omdat ik de luxe had alleen voor mezelf te hoeven zorgen. Dat ik met weinig tevreden was en ben, geen overspannen eisen stel aan het leven dat ik voor mezelf schep, hielp en helpt daar zeker bij.

Ziekte houdt geen rekening met individuele wensen, met je leven zoals je het gewend bent. Ik word keihard geconfronteerd met het feit dat ik mijn leven alleen leef. Meer alleen dan anderen maar ben ik dan echt de enige - zo?

Men gaat er al te makkelijk van uit dat ik een vangnet heb, vrienden, familie, kennissen en buren die ik wel even kan inschakelen of die een bed of kamer of auto ter beschikking zullen stellen. Ja ja. Participatie maatschappij heet dat.

Het zit me meer dan hoog. Ik ben eigenlijk vreselijk boos. Maar ik merk ook dat ik balanceer op de rand van paniek steeds als ik weer hoor dat ik moet zorgen mensen om me heen te hebben als ik straks aan de chemo begin.

'Ik heb geen idee hoe ik het ga doen', mail ik aan broer die tegen die tijd allang weer terug is - of misschien wel weer weg. Hij antwoordt niet. Vecht zijn eigen demonen. Is verliefd. Amsterdam is ver weg en alles hier is lastig. Ik ook.

Ziekzijn is een dagtaak. Die tien minuten alleen met de lampjes op rood - nee, bestralingen doen geen pijn, niet direct althans, frituren is niet de goede term en toch weer wel - het kost mij zo'n drie uur. Dat is geen hele dag maar vooraf doe ik niets en erna evenmin.

Van de week overigens wel. Ik ben gaan shoppen na het pruikenpas gebeuren. Ik kocht een vreselijk duur vest met een hele grote kraag die zelfs over mijn kale hoofd kan, dan. Ik kocht schoenen - een paar dat ik al heb in een andere kleur. Ik kocht het pruiken-meisje boek. Ik kocht een petje en slaapmutsjes.

Wanneer mensen - zoals tijdens het shoppen - vernemen dat ik borstkanker heb, vinden zij mij sterk, moedig, vol energie maar vandaag voelde ik me niet zo. Ik was ook niet depri hoor, niet in tranen. Eigenlijk, ik zei het al, was het een dag als zo vaak.

Ik was actief in mijn spel. Liep wat op en neer door het huis. Stapte het landgoed op en af. Genoot van een appelmoes ijsje(*). Deed een boodschapje. Waste een zwarte was. Maakte bami. Raapte slakken tijdens het dagelijkse 'slakkenbal' op het landgoed. Zocht een 'lusteloos-plaatje'.

Ha! Zo lusteloos was ik dus blijkbaar niet maar ik ging niet wandelen, sloot mezelf op in mijn huis - niets anders dan anders maar het voelde niet goed. Ik vind dat ik actiever moet zijn. Dat is het gevolg van het geroer en betweteren van anderen. Nee, het is het gevolg van mijn onrust, van mijn angst.

Niet bang zijn! Adem in en uit en in en uit. Angst is een slechte raadgever. Een mens vreest het meest voor het lijden dat hij vreest. Wonen in Amsterdam is perfect op dit moment. Er zijn winkels in de buurt, taxi's, bussen, mensen.

Het zal goed komen. Alles komt goed. In elk geval zal het zijn zoals het moet zijn en ik ben niet voor een gat te vangen. Broer komt terug, is terug, zal er zijn. En anders zoek ik nog even snel een partner. Hahaha. Sorry, misplaatst grapje.

Nee, lusteloos is niet de goede term. Ik moet gewoon wennen aan veranderende omstandigheden. Ik ben niet meer degene die mijn leven kan maken. Ik ben niet meer de persoon die met niemand rekening hoeft te houden. 

Ik moet me aanpassen aan de eisen die nu aan mij gesteld worden. Als kind al werd ik gebrandmerkt als kampend met aanpassingsproblemen. Ik heb tijd nodig. Ik heb nog tijd. Er is nog tijd om te wennen. Tijd om mij aan te passen en open te stellen.

Ja, ik heb hulp nodig en nee, ik zal proberen niet te grommen. Ik ga proberen lief en aardig te zijn, niet te snauwen noch mensen van mij af te duwen. In 2003 bedacht ik dat het mijn les was mij meer met mensen te verstaan. Ha! Opnieuw zal dit mijn les zijn. 

Ik startte een BDSM datingbedrijf en deed hele goede dingen van 2003 tot eind 2008 maar ik hield privé en zaken gescheiden. Ik stond boven de partijen. Ik, die zo graag een partner wenste, vond hem niet. Maar wat was mijn bedrijf, wat was ik goed voor anderen. Wat kreeg ik veel vertrouwen.

Toen ik mijn bedrijf sloot, trok ik mij terug uit de BDSM wereld. Ik veranderde mijn naam. Wiste mijn site en het mailadres. Het uitstapje naar de buitenwereld was voorbij. Ik was en ben geen mensen mens.

En nu denk ik, opeens nu ik in de hitte van de avond met het voetbal op de achtergrond op de toetsen rammel. Ik moet meer mensen mens worden. Nooit leefde ik zo solitair als de afgelopen jaren. Dat is niet handig, begrijp ik, als je borstkanker hebt.

En dus hier is mijn les: om mensen om mij heen te verzamelen. Vrienden te maken. Een netwerk te weven. Niet omdat ik borstkanker heb maar omdat mensen leuk zijn en interessant en een uitdaging voor mij en helend. 

Wow. Dat is wat je noemt een uitdaging. Daarom had ik vandaag naar buiten gemoeten hoewel ik mij niet kan voorstellen op straat vrienden te vinden. Ik moet leren, blijkbaar, om mijn comfortzone achter me te laten en me open te stellen voor de stad, mijn buurt en mensen.

Dit is ook waarom ik elke dag zou moeten schrijven. Omdat het mij brengt waar ik anders niet kan komen. Zo vaak meegemaakt - niet alleen in fictie - als je maar lang genoeg schrijft, doe je inzichten op die anders verborgen blijven(**).

Dit is het dan. Mijn solitaire leven achter mij laten. Leven maar niet meer alleen. Dat is mijn les.

Kate
13 juli 2014


(*) appelmoes ijsjes maak je door biologische appelmoes romig te roeren met wat melk en wat meer gembervocht uit een potje gekonfijte gember - vier tot zes uur in ijslollie vormpjes in de diepvries. Heerlijk.

(**) met excuses voor de lengte van dit blog.

De foto: Pensive Young Woman by the Window is gemaakt door Oliver Rossi. Te vinden op Corbis onder stock photo ID: 42-59937508. Het  copyright rust bij Oliver Rossi/Corbis

maandag 7 juli 2014

Korter dan Twiggy



Vandaag ben ik over de helft van mijn bestralingen en voor die negende keer in de frituur ging ik nog eenmaal voor een normale knipbeurt naar de lieve Naima die mij omhelsde, koffie aanreikte en de schaar in mijn mooie dikke grijze haar zette. Kort was het devies en toen het kort was, besloten wij dat ze het nog wat korter zou knippen. Leuk! Fris! Jong! Volgende keer gaat alles eraf.

Kate
7 juli 2014


De foto toont natuurlijk Twiggy in januari '66 tijdens haar alles-bepalende knipbeurt. De foto werd genomen door Barry Lategan. Mijn haar is beduidend korter dan hierboven getoond en een foto is er ook niet van genomen maar ik ben dan ook geen Twiggy. Overigens, deze nieuwe coupe geeft op een of andere heel speciale energie :-).

zondag 6 juli 2014

Grijze zondag, lekker lezen


In de aanloop naar Oranje-Costa Rica zag ik een stukje Engeland: Yorkshire. Ah! De Tour de France reed er, vandaar. In de Emma Harte Saga, boeken van Barbara Taylor Bradford die ik ooit verslond, speelt Yorkshire een grote rol. 

Het is ook het land van de Brontë zusters. Wuthering Heights - ah die roman, die ik tegenkwam toen ik mijn boeken en boekenkast aan het afstoffen was. Toen ik me voornam elke dag te lezen of te schrijven. 

Ik ben opnieuw het prachtige boek De Parfumeur aan het lezen van Frédérique Hébrard. Ik nam het mee naar het noorden waar ik schreef noch las. Ik ben 75 bladzijdes verwijderd van het einde. Ik vergeet te lezen. 

Nee. Ik lees wel: fora onderwerpen gerelateerd aan borstkanker. Geen vrolijke kost maar nuttig wellicht. Hoe gaat dat, haarverlies? Ook mijn haar zal vallen. Al mijn haar: van schaamhaar tot wenkbrauwen en wimpers. Het hoofdhaar.

Opnieuw loop ik op de troepen vooruit. Het is nog veel te vroeg en beter ware het wellicht indien ik me zou laten terugvallen en bewegen op de trom van het ziekenhuis: nu dit, dan dat en straks - over weken pas de kapper. Niet dus.

Ik vrijdag jl. naar de kapper in het ziekenhuis om me te oriënteren op een haarwerk. Pruik, marmot, hoed - geef het beestje een naam. Velen gooien het bijna direct in de hoek. Zit niet, staat niet, kriebelt, irriteert. Ongetwijfeld.

Mutsje, sjaal, hoed, petje, buff - er zijn tal van alternatieven. Je moet toch wat op je hoofd - zelfs 's nachts. Je bent vatbaar tijdens de chemo. Het zou mij, denk ik, niet heel veel uitmaken om zonder 'haar' over straat te gaan.

Maar ja, ik wil voor mijn moeder, die van niets weet, 'de oude' blijven. Zo goed als dat gaat. Het zou mij overigens niets verbazen als zij er dwars doorheen zou kijken, mijn 'haar' herkennen als pruik. Ik hoop het niet. Ik wil haar niet verdrieten.

Ik blijf dus gepruikt zo dicht mogelijk bij mijn huidige kapsel. A.s. donderdag ga ik tien pruiken passen. Speciaal voor mij aangevraagd en uitgezocht op coupe en kleur. Ik zit nergens aan vast.

Ik zie het wel. Theaterwinkels schijnen ook hele aparte pruiken te hebben. Maar ik wil niet apart. Of wel... Je bent of wordt toch al zichtbaar als kankerpatiënt dus wat maakt het uit? Iedere dag een ander hoofd, een andere look.

Meisje met negen pruiken. Boek over kanker, over haarval - mooi woord, niet? Nooit willen lezen tot vorige week. Zoals ik ook overwoog dan eindelijk maar Kluun's Komt een man (of vrouw of wat het was) bij de dokter te doen :-).

Kankerboeken. Hmmm. Ik heb ze nog niet in huis maar lezen zullen we. Boek na boek. Vanavond kwam daar Wuthering Heights bij, Jane Eyre ook maar meteen. Lekker lezen. Wegdromen. Zwerven over de heights - de Yorkshire moors.

Zondag. De dag na de zwaar bevochten overwinning. Lang leve Van Gaal en zijn mannen. Oranje boven en nog zo wat jubeluitingen. Geef het volk brood en spelen* :-).

De dag erna: grijs, bijna beetje nat - weer om een boek te pakken. Glas water, bitterkoekje erbij. Even vluchten uit de werkelijkheid. Even varen op de golven - de pen van een ander en wellicht... hmmmm. Nee. Lezen. Lekker lezen.

Fijne zondag,

Kate
6 juli 2014

* Dit is natuurlijk het moment, indien u zelf wilt lezen om het verhaal Brood en spelen eens aan te klikken :-). Geschreven in 2008 toen Oranje ook speelde en de Olympische Spelen in Beijing aanstaande waren. 

De foto Woman with a pile of books gemaakt door Ursula Klawitter is te vinden op Corbis: stock photo ID: 42-21044349; copyright: Ursula Klawitter/Corbis

donderdag 3 juli 2014

IJslollie van mango


Zomers warm betekent op vier hoog onder de hanenbalken dat het tropisch heet is: ik kwam thuis en het was over de 29ºC. Met de balkondeur en het raam er tegenover open, daalde het kwik tot meer aangename temperaturen en het zelfgemaakte kersenijsje hielp ook.

Popsicles heten ze in het Engels. De Nederlandse vertaling doet eigenlijk geen recht aan de wijde range van smaken en combinaties die in het containertje-met-stokje gegoten worden om zo'n vier tot zes uur later als 'waterijsje' het lichaam en de geest verfrissen.

Broer en ik waren bij Ikea voor zijn vertrek en bij de kassa, grommend dat het zolang duurde in de rij voor de enig bemande kassa, pakten we elk een tray van zes ijslollievormpjes - zoals ze officieel op de Ikea-site heten. Het is dat ik geen grotere diepvriesruimte heb, maar anders 'leende' ik zijn nog ingepakte set :-).

Ik heb de smaak van het maken van ijslollies helemaal te pakken. Het begon met een pot yoghurt, een handvol verse kersen en onze goede vriend Google. Ik blenderde er een mengsel van met honing, vers limoensap, een stukje zachte geitenkaas, scheutje kirsch en snuifje zout.

Het smaakt lekker. Zou misschien iets zoeter mogen - ik las dat eenmaal bevroren, het zoete wat verdwijnt - maar ach... Heerlijke eerste poging. Vandaag, nu ik vier van de zes ijsjes op heb en dus vier lege vormpjes ter beschikking, was het tijd voor ijsje nummer twee: frisser. Fruitiger.

Dat kan kloppen want het was een ijsje van mango met mandarijnen-sap. Mijn hemel. Hiermee kan ik broer paaien om sneller terug te komen. Hij heeft, daar waar hij is, een grote liefde voor mango juice ontwikkeld :-). Hahaha. Helaas zullen deze ijsjes sneller op zijn dan zijn vlucht zou duren. Nee, blijf maar daar.


Nodig voor 6 mango ijslollies:


1 mango
2 mandarijnen, geperst
1/4 limoen, uitgeknepen

snuif zeezout



Doe alles in de blender of keukenmachine of prak de mango met een vork fijn en roer het vocht erdoor tot een glad (of minder glad, naar smaak) geheel. Giet het in vormpjes en laat vier tot zes uur bevriezen. Heb je nou geen vormpjes dan kan het, denk ik, ook wel in zo'n ijsblokjes ding met een cocktailprikker.

Echt, je moet dit proberen. Het is gewoon pure mango maar dan koud - suiker miste ik niet. Limoen kan vervangen worden door wat citroensap - dat houdt de kleur mooi. Voor de mandarijn kun je sinaasappel nemen of zelfs wat water met honing ofzo. Gewoon doen, wat maakt het uit. 

Door het restje van het mango spul lepelde ik vanavond het restje yoghurt dat nog over was. Ik at het als toetje en heb er nog wat van over. Twee keer raden wat ik daar, morgen als ik weer vormpjes leeg heb, mee ga doen... :-).

Kate
3 juli 2014

dinsdag 1 juli 2014

Niet praten maar vieren


Het rare is: ik ben ziek maar ik voel me niet ziek. Nog steeds niet. Toch schrikt iedereen zich rot wanneer ik vertel dat ik borstkanker heb. Maar ik en broer - zoals wij in ons gezin waren - nemen het zoals het is. 

Constateren en gaan gewoon door zoals we altijd gingen. Niets aan de hand. Geen gesprek. Geen gedoe. Ook een manier van omgaan met. Wij hebben het wel iets aangepast sinds mijn moeder met succes een darmoperatie doorstond.

Wij vieren, vieren het leven zou je kunnen zeggen op gepaste tijden: na slecht nieuws meer nog dan na goed nieuws maar ook dan. We vieren met een etentje, meestal. Even samen weg naar Haarlem of Zandvoort of waar dan ook.

Even stilstaan bij dat wat er aan de hand is zonder het te benoemen. Is dat vreemd? Communicatie is niet ons sterkste punt maar liefde, gevoel is er wel degelijk en heel veel emoties :-). Lastig dat maar ja.

Alleen, vertaal ik dat vieren door mezelf op gezette momenten - of eigenlijk zo vaak ik kan en iets passends zie of weet - te trakteren. Bloemen, kaas, een tas, een ketting, een mooi tijdschrift, een taartje.

Mijn buurvrouw - zij die al mijn hele leven naast ons, naast mijn moeder woont, was helemaal ontdaan toen ik haar vertelde dat het met mijn moeder goed gaat maar dat ik... 

Zij bood haar hulp aan mocht ik het nodig hebben, 'want je staat er helemaal alleen voor'. Lief! En moest lachen toen ik opmerkte dat ik, net terug van de 5e bestraling, maar een citroentaartje had gekocht. 'Dat doe je goed'. Ja.

Het taartje was heerlijk. De bodem lekker. De vulling niet chemisch van smaak zoals je het wel eens treft. Een plaatje ook om te zien. En wat was er vandaag te vieren? Nou ja, er was nieuws.

Afhankelijk van hoe de borst heelt na afloop van de radiotherapie, gaat de chemotherapie ergens tussen begin en half augustus van start. Ik vrees nu dat ik met mijn verjaardag nog niet door de zes kuren heen zal zijn. Zucht!  

Et voilà.

Kate
1 juli 2014